Roy Beusker en Annemieke van der Togt

Backstage | Interview Francis van Broekhuizen

Francis van Broekhuizen schittert momenteel in de rol van Moeder Overste in de musical The Sound of Music

Zij vertelt over de voorstelling, opkrabbelen uit de coronacrisis en het geluk dat theater te bieden heeft. 

"Het theater blijft magisch"

Van huis uit is Francis operazangeres. Een musical lijkt dus heel wat anders. Maar: voor haarzelf is het een kleine stap. “The Sound of Music is een klassieke musical: een toneelstuk met liedjes. Dat komt eigenlijk voort uit operette. Dus voor mij is het helemaal niet zo vreemd om in een musical te spelen”, vertelt Francis. “Opera, operette, musical: het is allemaal muziektheater. Je speelt een rol, met een kostuum aan, in een decor. En we zingen.”

Hoop
Ook de rol is haar op het lijf geschreven. Tijdens de eerste lockdown begon Francis vanuit haar zolderkamer filmpjes te maken, om mensen een hart onder de riem te steken. “Op één van die video’s zong ik Climb every mountain, dat zingt Moeder Overste in The Sound of Music. Ik vind dat een heel krachtig, hoopvol lied. En sowieso is The Sound of Music de allermooiste film die er is.” Een tikje brutaal, maar ook bescheiden, stuurde Francis een cd met haar muziek naar Albert Verlinde. “Of hij ernaar wilde luisteren, voor als ’ie eens een invaller zocht ofzo.” 

Iedere voorstelling anders
Voor ze het wist had ze de rol. “Iedere avond staat de hele cast in de coulissen, allemaal in nonnenpak. Als de kerkklokken luiden, begint het. Dan gaat er een knop om. Dan zijn we even iemand anders. Het publiek schiet ook in zijn rol en is stil wanneer het stil moet zijn, klapt, lacht, zingt en geniet. Het theater blijft magisch voor mij.”

"Telkens kijken andere koppies je aan"

“We hebben inmiddels zo’n honderdvijftig voorstellingen gespeeld en ik verheug me er nog elke avond op om Climb every mountain te zingen”, gaat Francis verder. “Het verveelt nooit. Elke avond is anders. Dat klinkt misschien als een theatercliché, maar het is écht zo. Mijn medespelers en ikzelf voelen iedere voorstelling anders. Ik zie Nandi – Maria – soms ineens weer geraakt worden door een lied. Het publiek speelt altijd een belangrijke rol. Telkens kijken andere koppies je aan. Soms met een brede lach, soms met een zakdoekje in de aanslag. Ik krijg ook regelmatig dankmailtjes van bezoekers, dat ze echt ontroerd waren, of juist veel plezier hebben gehad. Dat doet me goed.” 

"Ik verheug mij er elke avond op om Climb every mountain te zingen"

Herinneringen maken
Francis kijkt ernaar uit om in het Chassé Theater te staan. “Het is een héél fijn theater. En ik heb er mooie herinneringen aan, omdat ik er met Opera Zuid al vaak heel mooie dingen heb mogen doen. Dat was per opera steeds één uitvoering. Nu staan we er met zoveel voorstellingen! In sommige theaters zie je je eigen carrière terug. Chassé is er één van.”

Ze heeft zin om deze winter weer nieuwe herinneringen te maken: in het theater. “Al had vorige winter ook zijn charme”, blikt Francis terug. “Er was sneeuw en ijs. Samen met mijn echtgenote ging ik wandelen in het bos in de buurt. Het meer was stijfbevroren. Overal was het maagdelijk wit. Het was prachtig. En dan daarna op de bank ploffen, in een lekkere trui en gezellige sokken. Kaarsjes aan, en Netflix. Een glas wijn en een kaasfonduetje erbij. Nou, daar maak je mij gelukkig mee, hoor. Al heb ik het theater ook oprecht gemist. Dat moet en-en zijn en niet of-of. Ik wil andere mensen zien, verliefd worden op verhalen en personages, nieuwe inspiratie krijgen, dingen leren. En dat gebeurt allemaal in het theater. Dat voel ik. Bij mezelf én bij mensen in de zaal.”