Achtergrond | Interview | Sinan Eroglu

Ik heb mijn vrijheid gevonden in Brel

Van (bijna) profvoetballer naar acteur, zanger en verhalenverteller. Sinan Eroglu (35) nam vele zijpaden voor hij zijn geluk vond in zijn eerste soloprogramma Sinan Eroglu zingt Jacques Brel. Een gesprek over filmen in Istanbul, ‘de handrem’ en hoe brutalen de halve wereld hebben.

Hoe komt een Amsterdams jochie van de straat uit bij chansonnier Jacques Brel?

Sinan, lachend: “Dat is een lang verhaal. Maar op een gegeven moment wist ik dat ik nooit echt geschikt zou zijn als profvoetballer. Ik was verdediger, maar een beetje agressief. Mijn trainer noemde mij ‘de handrem’, nou, dan weet je het wel. Maar mijn hart lag er niet echt.”

Je deed toen auditie voor de Toneelschool in Amsterdam en werd aangenomen. 

“Ik was een vreemde eend in de bijt, een jongen van de straat: brutaal en zonder kennis van theater. Een keer kregen we Jacques Brel te zien: een hevig zwetende man die verhalen vertelde op muziek. Vol passie. Het is een Turk, dacht ik nog. Zijn optreden raakte me diep. Daarna heb ik me op zijn songs gestort.”

Hoe kwam je erop om ze in het Turks te zingen?

“Die nummers van Brel staan als een huis, daar hoef je niks aan te doen, prachtige verhalen. En ik heb een Turkse achtergrond. Mijn regisseur Ruut Weissman zei: ‘Als je ‘Ne me quitte pas’ nou eens zingt in het Turks, wat gebeurt er dan?’ Een schot in de roos. De Turkse taal is zo mooi en poëtisch, dan kan een lied juist goed aankomen. Het mooie is dat ik nu veel soorten publiek kan aanspreken: jongeren, mensen met een Turkse achtergrond, het theaterpubliek dat al van Brel houdt. Ik voel dat Brel in het Turks zingen iets bijzonders is.”

Zing je alles in het Turks?

“Nee, in veel nummers wissel ik het af, zoals in ‘Liefde van later’. Ik heb een pianist bij me en iemand die klarinet speelt: ook daarin zijn ‘west’ en ‘oost’ een mix. Daarnaast vertel ik een verhaal over mijn opa die naar Parijs vertrok en hoe hij bevriend is geraakt met Brel. De platenkoffer van mijn opa speelt een rol, hij werkte daar in een platenzaak en heeft zo Brel ontmoet. Of dat echt gebeurd is?” Sinan lacht geheimzinnig. “Daar kom je in de voorstelling achter… Ik geloof dat alles met een reden gebeurt, en zo komt het allemaal samen. Dit theaterprogramma is het mooiste dat er is. Als ik op het toneel sta, ben ik zó gelukkig dat ik dit kan doen. Ik heb mijn vrijheid gevonden in deze voorstelling, in de liederen van Brel.”

Er wordt wel gezegd: Brel, daar moet je eigenlijk niet aankomen…

“Behalve als je het in het Turks doet! Dan maak je het eigen en kan het wel, vind ik. Om nog even terug te komen op het voetbal: je train en traint, zodat je tijdens de wedstrijd kunt presteren. Al het werk ervóór is belangrijk. Dat is hetzelfde met Sinan Eroglu zingt Jacques Brel: ik focus me op de voorstelling, maar ik heb me ontzettend goed voorbereid. Op het podium gebeurt iets magisch: het is hier en nu, live, met de mensen in de zaal en mijn muzikanten. Dus alle zijpaden die ik heb genomen, alle keuzes die ik maakte, waren nodig om nu hier te staan.”

Dit theaterprogramma is het mooiste dat er is. Als ik op het toneel sta, ben ik zó gelukkig dat ik dit kan doen. Ik heb mijn vrijheid gevonden in deze voorstelling, in de liederen van Brel.”

Lees hier alle interviews uit ons wintermagazine.